Loading...
 

2e zondag van de advent B, Doopsel van Christus C - eerste lezing

Jesaja 40, 1-5.9-11: Maak een weg 

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1186-1187)

God zegt: ‘Ga mijn volk troosten, ga het troosten. Zeg tegen de inwoners van Jeruzalem dat ze de moed niet mogen opgeven. Vertel hun dat ze niet langer onderdrukt worden. Ik, de Heer, zal hen niet langer straffen voor hun fouten. Ik heb hen nu genoeg gestraft.’

Ik hoor een stem die roept: ‘Maak in de woestijn een weg voor de Heer. Maak de weg vrij voor onze God. Maak de bergen minder hoog en de dalen minder diep. Maak het land vlak, en zorg dat de rotsen verdwijnen. Want de machtige Heer zal komen. Alle mensen zullen hem zien. Dat heeft hij zelf beloofd!’ (..)


Inwoners van Jeruzalem, maak het goede nieuws bekend! Klim een hoge berg op, zodat iedereen jullie kan horen. Aarzel niet, maar laat je stem duidelijk horen. Roep naar alle steden van Juda: ‘Jullie God is er!’
Kijk, daar is hij. God, de machtige Heer, komt eraan. Hij zal zijn macht laten zien, hij komt om te heersen. En hij heeft zijn volk bij zich. Hij heeft hen bevrijd, ze zijn van hem.
God brengt zijn volk weer terug naar hun land, en hij zorgt goed voor hen. Net als een herder die zorgt voor zijn kudde. Een herder brengt zijn schapen bij elkaar en draagt de lammetjes in zijn armen. Zo brengt hij zijn kudde rustig naar een veilig gebied.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

De profeet zegt:
‘Troost, troost mijn volk’, zegt jullie God.
‘Spreek Jeruzalem moed in
en zeg dat zijn diensttijd voorbij is,
dat zijn schuld voldaan is,
dat het een dubbele straf voor al zijn zonden
uit de hand van God ontvangen heeft.’

Luister, iemand roept:
Bereid voor God een weg in de woestijn,
een rechte baan in het dorre land, voor onze God.
Elk dal moet gevuld worden,
en elke berg en heuvel moet afgegraven.
Oneffen plekken moeten vlak gemaakt worden
en ruige gronden vlak worden.
De heerlijkheid van God zal zich openbaren,
en alle mensen zullen haar zien,
want God heeft gesproken.’

Klim op een hoge berg, Sion,
met je boodschap van vreugde.
Spreek luid en krachtig, Jeruzalem,
bode van vreugde, spreek luid en wees niet bang.
Zeg tegen de steden van Juda: ‘Hier is uw God.’
Hij komt in kracht. De heerschappij is in zijn hand.
Zijn loon heeft Hij bij zich, en zijn werk gaat voor Hem uit.
Als een herder zal Hij zijn kudde weiden.
In zijn arm brengt Hij de lammeren samen
en Hij koestert ze terwijl Hij de ooien leidt.'



Stilstaan bij ...

Jeruzalem
(= in het Nederlands: 'stad van vrede')
Een 'vredige' naam voor een stad die veel onlusten en verwoestingen in haar geschiedenis kende.
Jeruzalem is nu een religieus belangrijke stad voor zowel joden als christenen en moslims.

Diensttijd / Straftijd
Verwijst naar de Babylonische ballingschap die gelovige joden als een straf van God voor hun ontrouw aanvoelden.

Zonden
Wie opzettelijk iets fout doet, en daarmee iemand kwetst, kwetst niet alleen die persoon, maar ook God, omdat God wil dat we voor de anderen respect opbrengen.

Een weg bereiden / Een pad effenen
Als een oosterse koning vroeger een provincie wilde bezoeken, werd hij voorafgegaan door een heraut. Zo konden zijn onderdanen tijdig de vaak onbegaanbare wegen effenen.
Het 'effenen van een pad' kan ook een symbolische manier van spreken zijn en verwijzen naar het herstellen van de weg tussen God en zijn mensen.

Woestijn
Een stuk natuur, waar niets groeit. Een plaats met alleen maar zand of stenen.
De woestijn herinnert zowel aan de uittocht uit Egypte als aan de terugkeer uit de ballingschap in Babylonië.

Sion
Sion is de naam van een heuvel in het zuidoosten van Jeruzalem waarop de tempel werd gebouwd. Tijdens de heerschappij van de koningen David en Salomo lag daar het centrum van de stad. Nu is dat het joodse kwartier van Jeruzalem.

Herder
Herders pasten op geiten of schapen. Ze behoorden tot de laagste klasse en hadden omzeggens geen rechten.
In het oude oosten was ‘herder’ ook een populaire manier om te spreken over een koning of over andere leiders van het volk. Met die titel wilde men zeggen: zoals een herder er is voor zijn schapen, zo is een koning voor zijn volk.
Jesaja vergelijkt God met een herder: 'Als een herder zal Hij zijn schapen weiden'. Het Nieuwe Testament gebruikt later het beeld van de herder om over Jezus te spreken: de goede Herder.






Bij de tekst

Schrijver

Deze tekst is van een onbekende profeet die een paar honderd jaar later leefde dan Jesaja en zich richtte tot de ballingen in Babylon. Misschien behoorde hij tijdens de ballingschap tot een groep leerlingen rond Jesaja, waardoor zijn profetieën opgenomen werden in het boek Jesaja.
Zijn boodschap is er vooral een van troost voor de ballingen en voor Jeruzalem. Hij kondigt de terugkeer aan uit de ballingschap, het begin van een nieuwe tijd.
Deze onbekende profeet wordt de Deutero-Jesaja genoemd.



Historische context

Deutero-Jesaja voorspelde op het einde van de ballingschap een nieuwe exodus, een terugkeer naar Israël, het land waar de joden vol heimwee bleven aan denken.
Intussen verdrong Perzië Babylonië van de wereldmacht en liet Kores, de heerser van Perzië, de ballingen terugkeren naar Juda, waardoor deze profetie gerealiseerd werd.
Zo is Jesaja 40 een tekst over redding en troost na die ballingschap. De straf van God is voorbij, want Israël werd genoeg gestraft.



Troostboek

Het tweede deel van het boek Jesaja (de Deutero-Jesaja) begint met hoofdstuk 40. Dit deel wordt ook wel eens 'Troostboek' genoemd omdat het begint met de woorden 'Troost, troost voor mijn volk, zegt jullie God'.
In dit boek probeert Deutero-Jesaja het volk ervan te overtuigen dat God zijn volk zal bevrijden.



Herinnering aan het Nieuwe Testament

Lucas 3, 4-6
"Zoals staat in het boek van de profeet Jesaja:
Een stem van iemand die roept in de woestijn:
Bereid de weg van de Heer, maakt zijn paden recht.
Elk dal moet gevuld, elke berg of heuvel geslecht worden;
De kronkelpaden moeten recht, de ruwe wegen effen worden.
En heel de mensheid zal zien hoe God redt.
"





Suggesties

Grote kinderen

EVEN TESTEN

De juiste uitleg

(idee: M. GALLAND, Op weg in de kerstkring, Averbode, 2008)

Kies de juiste uitleg:

‘Baan voor de Heer een weg door de woestijn.
Effen in de wildernis een pad voor onze God.
Laat ruig land vlak worden en rotsige hellingen rustige dalen.’

Dat betekent:

a.je moet aankondigen dat God komt
b.je moet de aarde wegvoeren om de weg vlak te maken.




De luister van God zal zich openbaren
voor het oog van al wat leeft.
De Heer heeft gesproken!

Dat betekent:

a.iedereen zal God zien praten.
b.iedereen zal God kunnen kennen.




Beklim een hoge berg, vreugdebode Sion,
verhef je stem met kracht, vreugdebode Jeruzalem.
Verhef je stem, vrees niet!’

Dat betekent:

a.je moet overal zonder angst aankondigen dat God door iedereen zal gekend zijn.
b.je moet op een berg klimmen en heel hard roepen, zodat men je overal hoort.






Jongeren

SPREKEN MET BEELDEN

De levensweg

Jesaja zegt: ‘Bereid voor God een weg in de woestijn,
een rechte baan in het dorre land, voor onze God.
Elk dal moet gevuld worden,
en elke berg en heuvel moet afgegraven.
Oneffen plekken moeten vlak gemaakt worden
en ruige gronden vlak worden.
De heerlijkheid van God zal zich openbaren,
en alle mensen zullen haar zien,
want God heeft gesproken.’

Klim op een hoge berg, Sion,
met je boodschap van vreugde.
Spreek luid en krachtig, Jeruzalem,
bode van vreugde, spreek luid en wees niet bang.



Als Jesaja zegt: ‘Bereid een weg voor God in de woestijn’, kan hij dat letterlijk bedoelen. Hij denkt dan aan de ballingen die vanuit Babylonië door de woestijn moeten terug komen en aan de gewoonte om wegen klaar te maken als een koning ergens in zijn land wilde naartoe gaan.
Maar een ‘weg’ is ook een beeld voor het leven. Daarom heeft men het bijvoorbeeld over de ‘levensweg’ van iemand.

Lees de bovenstaande tekst van Jesaja opnieuw en zoek voor elk vet gedrukt woord naar een inhoud die iets met die ‘levensweg’ te maken kan hebben.
Bijvoorbeeld: een berg kan staan voor een berg problemen, een dal kan staan voor ontgoochelingen …

Herschrijf dan de tekst van Jesaja.
Hoe zou zijn boodschap klinken in de 21e eeuw?





VERDIEPEN

Een weg door de steppe …

(Bron: Ignatiaans bidden, dinsdag 10 december 2019)

'Baan een weg door de steppe voor de Heer ...'
Dat wil zeggen: je bevindt je nog in de steppe, een dorre vlakte. Nog niets te zien. Toch word je gevraagd ín die dorre vlakte een weg te banen voor de Heer.
Te midden van zijn afwezigheid alvast een teken te stellen van zijn (komende) aanwezigheid.

- Wat kun je in je leven zien als een steppe of een woestijn?
- Kun je geloven dat de Heer daar naartoe komt? Verlang je daarnaar?
- Als je dat kunt geloven en verlangen: wat kun je dan doen om voor Hem de weg klaar te maken?